5 december '18 - ‘De zekerheid waar de tijd om vraagt’ is de slogan van de Vereende. Af en toe willen we onze lezers een breder perspectief bieden op het gebied van behoefte aan zekerheid. Waar loopt bijvoorbeeld onze hofstad nu tegenaan? We vragen het aan Saskia Bruines, wethouder van Den Haag. Bevlogen over het onderwerp deelt zij haar visie in dit artikel.
Er verandert veel in Den Haag. De stad groeit op meerdere gebieden in een wereld die snel digitaliseert. Daar moet en wil Den Haag in meegaan. Sterker, Den Haag wil daar een innovatieve rol in spelen. Den Haag is de internationale stad voor vrede en veiligheid, met het Internationaal Strafhof, het Vredespaleis en meer dan 150 ngo’s. (Onder een ngo wordt een organisatie verstaan die niet onder een overheid valt, niet commercieel is en een politiek of maatschappelijk doel nastreeft.) Daar past een leidende rol bij. We streven naar een betere wereld. Digitalisering zorgt voor nieuwe juridische en ethische vraagstukken. Den Haag wil op fysiek en digitaal vlak een veilige plek zijn om zulke ingewikkelde vraagstukken te bespreken.
Saskia Bruines is, namens D66, sinds 16 februari 2017 in Den Haag wethouder. Hiervoor is ze wethouder in Amsterdam en Leidschendam geweest. Ze heeft een breed scala aan onderwerpen in haar portefeuille, van aansluiting onderwijs – arbeidsmarkt tot smart city en innovatie.
De trend van digitalisering biedt veel voordelen. Zo kan er veel data worden vergaard, waarmee modellen kunnen worden opgesteld om bijvoorbeeld natuurverschijnselen als wateroverlast en droogtes beter te voorspellen. Dan kan de humanitaire hulp veel beter worden georganiseerd. Maar de digitalisering biedt ook bedreigingen in de vorm van cyberrisico. De volgende wereldoorlog is naar verwachting minder een traditionele oorlog met fysieke legers, maar meer een virtuele oorlog. Die overigens net zo dodelijk kan zijn. Het is belangrijk dat in de stad Den Haag de discussie over de kansen en bedreigingen van de digitalisering lokaal, nationaal en internationaal wordt gevoerd. Het voeren van deze discussies is goed voor het imago van de stad, maar ook direct voor de werkgelegenheid. De gemeente Den haag wil de discussie niet zelf voeren, maar stimuleren dat deze door de juiste partijen gevoerd wordt. Daarom creëert Den Haag de omstandigheden waaronder de discussie gevoerd kan worden.
Den Haag moet eerst een goed beeld hebben wat er gebeurt en aan wat voor netwerken er behoefte is. Vervolgens moeten de juiste partijen bij elkaar gebracht worden. Daar ligt vaak een uitdaging. Want het is niet vanzelfsprekend dat bijvoorbeeld een innovatieve start up met een ngo als het Rode Kruis gaat praten. Terwijl ze elkaar juist heel goed kunnen aanvullen. Een goed beeld van een dergelijk netwerk is de The Hague Security Delta. Dat is een cluster van bedrijven, overheden en kennisinstellingen die samenwerken op het gebied van kennisontwikkelingen en innovaties op het gebied van veiligheid.
Maar ook door bijvoorbeeld bedrijfsverzamelgebouwen kunnen bedrijven met elkaar in contact komen en een netwerk vormen. Daarom heeft Den Haag meerdere bedrijfsverzamelgebouwen opgezet, zoals de humanity hub, de Caballero fabriek en in het voormalig gebouw van ministerie Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Dit zijn zeer geschikte werkomgevingen voor met name start-ups en scale ups. Deze zijn van groot belang zijn voor Den Haag. Ze dragen bij aan de groei van de economie, de werkgelegenheid en vernieuwing van de stad.
Den Haag gebruikt als smart city de digitale revolutie om maatschappelijke vraagstukken als sociale inclusie, bereikbaarheid, veiligheid, werkgelegenheid en duurzaamheid efficiënt aan te pakken. Door bijvoorbeeld slimme lantaarnpalen met sensoren te gebruiken in Scheveningen, kan veel data worden verzameld om de openbare dienstverlening te verbeteren. Alle data worden opgeslagen in een gemeenschappelijk open data platform. Vanuit allerlei domeinen kunnen databronnen aan dit platform worden gekoppeld. De data zal ook breed toegankelijk moeten zijn. Het is geen gesloten systeem. Op deze manier kan van Scheveningen echt een Living Lab gemaakt worden. We kijken ook of we dit dataplatform kunnen gebruiken bij projecten als het plaatsen van zonnepanelen voor de kust, de kustverdediging verbeteren of het optimaliseren van vervoersconcepten. Ook verkeersstromen in een stad zijn met sensortechnologie te optimaliseren. Sensoren in afvalcontainers plaatsen, zodat deze alleen opgehaald als ze vol zijn, zorgt ook voor logistieke verbeteringen. De mogelijkheden zijn eindeloos.
Belangrijk is dat onderwijs mensen goed opleidt voor de toekomst. Zorg dat de opleiding goed aansluit bij de behoefte van het bedrijfsleven. We moeten de jongeren niet opleiden voor werkloosheid. We moeten echt toe naar een leven lang leren. De tijd dat je voor een vak werd opgeleid en je leven lang dat vak uitoefent op de manier zoals je bent opgeleid, is verleden tijd. De moeilijkheid is dat we niet weten hoe de toekomst eruit ziet. Hoe ziet een beroep er over 10 jaar uit ziet en bestaat het beroep eigenlijk nog wel? Docenten leren de huidige jeugd kennis die de jeugd in een snel en sterk veranderende toekomst moet gebruiken. Maar de kennis van de docenten is vaak ook al van jaren geleden. Dat is dus een uitdaging. Die kennis hou je actueel door een leven lang te leren.
Daarnaast is robotisering een nieuwe trend. Dit kan zorgen voor veel baanverlies. Maar kan ook zorgen voor nieuwe beroepen en banen. Met dergelijke veranderingen moeten we in de ontwikkeling van opleidingen rekening houden. Er zijn binnen de stad meerdere initiatieven ontwikkeld die zorgen dat het onderwijs aansluit bij de huidige ontwikkelingen, zoals Kennis- en Praktijkcentrum Energietransitie, Cyber Security Academie en de Cyber security week.
Er zijn kortom veel behoeftes aan zekerheid voor de stad Den Haag. Ik heb nu de behoefte op het gebied van digitalisering eruit gelicht, omdat ik vind dat Den Haag daar een leidende rol in kan en moet spelen. De behoefte aan zekerheid zal ook met de tijd mee ontwikkelen. Ik ben dan ook erg benieuwd waar we als Den Haag over 10 jaar staan en om welke zekerheid de tijd dan vraagt.
Auteur
Roland Verhoef, Senior Marketing & Communicatie adviseur