Financieel nadeel of (financiële) gevolgschade?
Financieel nadeel kan echter ook het gevolg zijn van een beschadiging van een zaak of van letsel van een persoon. Immers veel zaken die wij bezitten worden op geld gewaardeerd en kunnen alleen maar vergoed worden in de vorm van geld. Datzelfde geldt voor de gevolgen van letsel van een persoon waardoor deze bijvoorbeeld geen inkomsten meer heeft. Als er door een fout van een verzekerde op een AVB een zaak van een ander wordt beschadigd of iemand raakt hierdoor gewond, dan komt ook dat financieel nadeel dat een gevolg is van die fout, in principe voor vergoeding in aanmerking. Maar dan moet een verzekerde wel voor die schade aansprakelijk gehouden kunnen worden. Omdat het financieel nadeel een gevolg is van schade aan een zaak of van letsel van een persoon, spreken we niet meer over zuivere vermogensschade, maar van (financiële) gevolgschade.
Wanneer wordt de schade vergoed?
De basis van de AVB is dat de aansprakelijkheid voor schade van een ander vergoed wordt, onder aftrek van het afgesproken eigen risico. Daarvoor is het noodzakelijk dat de ander daadwerkelijk schade lijdt. Als een aannemer een dakkapel plaatst en daarbij een fout maakt, zoals het niet gebruik maken van de afgesproken materialen of het niet plaatsen op de afgesproken plaats en hierdoor verder geen schade in het pand heeft veroorzaakt, dan komen de herstelkosten voor rekening van de aannemer en worden niet vergoed door de AVB verzekeraar. Als echter door de fout waterschade ontstaat aan het pand of de inhoud van het pand, dan komt alleen die schade voor vergoeding in aanmerking. Het herstel aan de dakkapel zelf, zoals het verplaatsen of het wel gebruik maken van de juiste materialen, wordt echter niet vergoed. Een AVB dekt namelijk geen schade aan het werk zelf. Een constructieverzekering (CAR) zou in zo’n geval uitkomst kunnen bieden.
Conclusie
De stelling is: Als een aannemer een fout maakt bij het plaatsen van een dakkapel, worden de herstelkosten die de aannemer maakt, vergoed door de aansprakelijkheidsverzekeraar van de aannemer. In de stelling gaan wij ervan uit dat er geen andere schade is veroorzaakt, dan die kosten die gemaakt worden voor het herstellen van de eigen fout van de aannemer. In dat geval kan er geconcludeerd worden dat de stelling als Fabel gezien kan worden.
Auteur
Hans van der Wouden, Senior specialist verzekeringstechniek