Geschiedenis van de straatnaam en het huisnummer
Als u in de middeleeuwen de weg wilde weten, kreeg u meestal een omschrijving die verwees naar de functie of ligging van de straat of werd verwezen naar een persoon die daar in de straat woonde. Zo komt u in het heden nog veel straatnamen tegen die hun oorsprong vinden in een ver verleden, zoals de:
- Vismarkt of Melkmarkt, vernoemd naar de functie van de straat;
- Langestraat of Kortestraat, vernoemd naar de eigenschap van de straat;
- Schoolstraat of Kerkstraat, vernoemd naar het gebouw in de straat;
- Frederikstraat of Prinsestraat, vernoemd naar leden van het Koninklijk huis.
Deze straatnamen zijn door verloop van tijd ontstaan, maar werden nooit ergens officieel vastgelegd. Om dit te reguleren, is in het jaar 1851 bepaald dat straatnamen officieel door de gemeente moeten worden vastgelegd in de Gemeentewet. In deze tijd is er ook begonnen met het plaatsen van straatnaamborden. Niet alleen was dit makkelijk om de weg te vinden naar familie of vrienden, maar dit maakte het ook eenvoudiger voor de dokter of politie om snel ter plaatse te komen bij calamiteiten.
Huisnummers bestonden ook lang niet, dit waren in het verleden eerder huistekens. Regelmatig werd er al wel gekozen om aan de gevel van een huis een wapenschild van het beroep van de bewoner op te hangen. Op dit wapenschild stond dan bijvoorbeeld een afbeelding van een veer van een schrijver. Vanaf het jaar 1800 heeft Napoleon bepaald dat een huisnummer verplicht moest worden. Dit was in die tijd nog vrij simpel en oplopend zonder onderscheid te maken tussen even en oneven nummers. De nummering liep op van 1,2,3 enz. per huis tot aan het einde van de straat.
Bijzondere en unieke huisnummers
In het begin van het jaar 1900 kwamen er steeds meer nieuwe wijken en huizen bij. Dit leverde ook problemen op, omdat het niet altijd even makkelijk was straten en huisnummers uit elkaar te halen. Daarom besloot de overheid om aan de ene kant van de straat de huizen even nummers te geven en de andere kant oneven nummers. Zodoende zijn er in de afgelopen decennia door nieuwbouw, verbouw, aanbouw en splitsing van woonhuizen bijzondere en unieke huisnummers ontstaan. Een aantal voorbeelden:
- Huizen hebben hetzelfde huisnummer maar krijgen een toevoeging van een letter 1a, 1b, 1c enz.
- In Amsterdam wordt een benedenverdieping aangeduid met ‘huis’ (afkorting hs) en hebben de bovenverdiepingen romeinse cijfers I (één hoog), II (twee hoog). ‘Sous’ wordt gebruikt voor het souterrain. In 1995 is dit systeem vervangen voor ‘h’, ‘1’, ‘2’ enz. Maar in de praktijk wordt het ‘oude systeem’ nog vaak gebruikt.
- In Utrecht heeft de eerste bovenwoning de toevoeging ‘bis’ en de tweede ‘bis A’. Bis betekent ’tweemaal’ in het latijn.
- In Haarlem worden beneden- en bovenverdiepingen aangeduid met Zwart (ZW) en Rood (RD).
- Een studentenflat of bejaardenwoning heeft vaak één huisnummer. Daarachter komt de toevoeging van de verdieping en het kamernummer, bijvoorbeeld 103-309 (103 (huisnummer) – 3 (verdieping) 09 (kamer).
- In Maastricht gebruiken ze de volgende combinatie 146A02, 146 (huisnummer), A (begane grond), 02 (kamer).
Mocht het niet duidelijk zijn wat de juiste kadastrale aanduiding van een woonhuis of appartement is, dan kunt u online deze gegevens gratis ophalen op de site van het kadaster in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG).
Bijzondere woonfunctie bij aanvraag inboedelverzekering
Bij het aanvragen van een inboedelverzekering kan het voorkomen dat er door Infofolio geen inboedelwaarde opgehaald kan worden omdat het adres gekenmerkt is als bijzondere woonfunctie. Dit kan er bijvoorbeeld mee te maken hebben dat relatie woonachtig is in een zorginstelling of dat de functie van het risicoadres recentelijk is gewijzigd van kantoorgebouw naar woonhuis en dit nog niet bekend is bij Infofolio.
In de situatie dat een relatie woonachtig is in een zorg- of medische instelling gaat dit vaak om kleine studio’s of appartementen waardoor het ophalen van een waarde voor de inboedel met Infofolio niet mogelijk is. Vaak gaat dit om een inboedel die een relatief kleine waarde heeft. Voor deze relaties kunt u een eigen opgave doen van het verzekerd bedrag. Het verlenen van garantie tegen onderverzekering is voor deze woonfuncties niet mogelijk.
Auteur
Martin de Ruijter, senior acceptant