Premier risque

10 juni '25 herziene versie (originele tekst uit 2017) - Een verzekering op basis van premier risque is de tegenhanger van een verzekering op basis van de werkelijke waarde.

 

Wat betekent verzekeren op basis van premier risque?

Een voorbeeld van een verzekering op basis van de werkelijke waarde is een woonhuisverzekering. Bij een woonhuisverzekering is de herbouwwaarde meestal het uitgangspunt. De verzekerde som is dan de herbouwwaarde. Als bij schade blijkt dat de werkelijke herbouwwaarde van het pand hoger is dan de verzekerde som, is sprake van onderverzekering. De schade-uitkering valt dan lager uit dan de werkelijke schade omdat de onderverzekeringsregel wordt toegepast.

 Bij verzekeren op basis van premier risque wordt voorbij gegaan aan dit principe van onderverzekering. Bij schade wordt niet gekeken naar de werkelijke waarde van de verzekerde zaken. De volledige schade wordt uitgekeerd tot maximaal het verzekerd bedrag.

 

Wanneer wordt verzekerd op basis van premier risque?

Verzekering op basis van premier risque gebeurt vooral in gevallen waarbij de werkelijke waarde niet in te schatten is. Een geval waarbij de werkelijke waarde niet in te schatten is, is bijvoorbeeld bij het verzekeren van opruimingskosten. Op voorhand is niet bekend wat de opruimingskosten zullen zijn bij een schade. De verzekering voor opruimingskosten gebeurt dan ook op basis van premier risque. Hierop wordt geen onderverzekering toegepast.

Verzekeren op basis van premier risque komt tegenwoordig ook vaak voor bij eenvoudige standaardproducten of pakketten. Een pop-up store verzekering is hier een voorbeeld van. Er wordt een inventaris en goederenverzekering opgemaakt met een vaste verzekerde som, op basis van premier risque. De looptijd van de verzekering is vaak beperkt, standaard 3 maanden.

 

Een rekenvoorbeeld

Een bedrijfsgebouw is verzekerd tegen herbouwwaarde. De verzekerde som is € 300.000,-. De opruimingskosten zijn premier risque meeverzekerd voor een bedrag van € 30.000,-.

Er ontstaat brand. Door de aanwezigheid van een brandmuur blijft de helft van het gebouw gespaard, de andere helft brandt tot de grond toe af. De expert raamt de schade aan het gebouw op € 200.000,-. Hij stelt de herbouwwaarde vóór de brand vast op € 400.000,-. De opruimingskosten bedragen € 20.000,-.

Er is sprake van onderverzekering. De schade aan het gebouw wordt daarom niet volledig vergoed. De berekening van de uitkering is als volgt:

De uitkering voor de schade aan het gebouw is € 200.000,- * € 300.000,- /€ 400.000,- = € 150.000,-

De opruimingskosten van € 20.000,- worden wél volledig uitgekeerd want deze waren premier risque verzekerd en de verzekerde som was voldoende.

De totale uitkering bedraagt dus € 150.000,- + € 20.000,- = € 170.000,-.

 

Auteur
Mirjam Hermans, Senior specialist verzekeringstechniek

Tags